Recente informatie mei 2013

De "Recente informatie" van juni 2013 is reeds beschikbaar in de rubriek "Goed om te weten" op onze website en zal gepubliceerd worden in de Folia van juli-augustus 2013.


Abstract

: geneesmiddel met een nieuw actief bestanddeel of nieuw biologisch geneesmiddel, waarvoor het melden van ongewenste effecten aan het Belgisch Centrum voor Geneesmiddelenbewaking wordt aangemoedigd.

  • Scopolaminehydrobromide (syn. hyoscinehydrobromide), dat reeds beschikbaar was als geprefabriceerd geneesmiddel, is nu als geneesmiddel geregistreerd (Scopolamine Sterop®; hoofdstuk 18.1.5.). Scopolamine wordt voorgesteld als inspuitbare oplossing voor de behandeling van doodsreutel en als premedicatie vóór anesthesie of medisch onderzoek van de luchtwegen. De ongewenste effecten, contra-indicaties en gebruiksvoorzorgen van scopolaminehydrobromide zijn deze van de anticholinergica in het algemeen (zie Inl. 6.2.3. in het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium). In verband met de behandeling van doodsreutel, zie Folia oktober 2001 . Er zijn belangrijke verschillen tussen scopolaminehydrobromide en butylhyoscinebromide (Buscopan®) qua posologie: let op bij voorschrijven en afleveren!
  • De specialiteit Teysuno®(hoofdstuk 13.2.3.4.) is een vaste associatie van tegafur, gimeracil en oteracil, die voorgesteld wordt voor de behandeling van gevorderde maagkanker. Tegafur is een prodrug van fluorouracil, een antitumoraal middel van de groep van de pyrimidines; gimeracil werd toegevoegd om het metabolisme van fluorouracil te remmen; oteracil werd toegevoegd om de ongewenste effecten van fluorouracil te verminderen. Er is geen evidentie dat de risico-batenverhouding van deze associatie superieur is aan deze van fluorouracil of capecitabine (een andere prodrug van fluorouracil). De ongewenste effecten en interacties van deze associatie zijn vergelijkbaar met deze van fluorouracil. Het risico van ernstige palmoplantaire dysesthesie lijkt minder hoog dan met capecitabine, maar er is daarentegen een groter risico van ernstige maagklachten. [ La Revue Prescrire 2013; 33: 8-11]
  • vandetanib (Caprelsa®; hoofdstuk 13.7.) is een inhibitor van meerdere tyrosinekinasen (EGFR, RET en VEGFR-2), voorgesteld voor de behandeling van niet-operabele of gemetastaseerde medullaire schildklierkanker. Er zijn nog onvoldoende gegevens om een eventueel effect van vandetanib op de globale overleving te evalueren. De ongewenste effecten van vandetanib kunnen ernstig zijn, zoals verlenging van het QT-interval met risico van torsades de pointes, arteriële hypertensie, huidreacties met fotosensibilisatie, of neuropsychische stoornissen. Men dient eveneens rekening te houden met de lange halfwaardetijd van vandetanib (ongeveer 3 weken) en het hoge risico van interacties, vooral ter hoogte van CYP3A4. [ La Revue Prescrire 2012; 32: 256-9; Pharm Sel 2012; 28: 62-64]
  • Ciclopirox is een antimycoticum van de groep van de pyridonen, voorgesteld als nagellak (Mycosten®; hoofdstuk 15.1.3.) voor de behandeling van distale onychomycosen zonder aantasting van de nagelwortel. De doeltreffendheid van ciclopirox is vergelijkbaar met deze van amorolfine. De ongewenste zijn zeldzaam en betreffen meestal lokale peri-unguale reacties. De lak wordt eenmaal per dag aangebracht, en de behandelingsduur varieert van 3 maanden (voor onychomycosen ter hoogte van de vingers) tot 6 maanden (voor onychomycosen ter hoogte van de tenen). [ La Revue Prescrire 2009; 29: 185]
  • Chloorprocaïne (Ampres®; hoofdstuk 18.2.) is een lokaal anestheticum van de groep van de esters, voorgesteld voor intrathecale anesthesie. De ongewenste effecten van chloorprocaïne zijn vergelijkbaar met deze van de andere anesthetica van de groep van de esters, en betreffen vooral maaglast, hypotensie, bradycardie en allergische reacties.
  • De specialiteit Ethyol® op basis van amifostine is van de markt gehaald. Amifostine werd zonder veel evidentie gebruikt om de neutropenie tijdens behandeling met bepaalde antitumorale middelen te beperken, en om monddroogte bij radiotherapie tegen te gaan.